Versplinterde formatie
In een ander verslag hebben we de zetelverdeling van dit moment laten zien en de positie van Pieter Omtzigt.
De uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen geeft extra grote uitdagingen voor het formatieproces. Met geen enkele combinatie van drie partijen is er een kabinet van meer dan 75 zetels te vormen.
Het formatieproces is nog bemoeilijkt door de valse start van de eerste twee informateurs, waarvan de gevolgen nog niet precies te overzien zijn.
Aan de kiezers van de afzonderlijke partijen is gevraagd om een rangorde aan te geven van de regeringscombinaties die men het liefste zou willen. Op basis daarvan is er een rangorde gemaakt van die voorkeuren.
In de grafiek hieronder kunt u zelf één of meer partijen selecteren om daar die voorkeuren apart te bekijken.
Als we naar de cijfers van alle kiezers kijken zien we hoe groot ook op dat punt de versplintering is. Maar als we kijken naar de voorkeuren van de kiezers van de drie partijen met de grootste kans om in het kabinet te komen (VVD, D66 en CDA) dan zijn er toch combinaties die een grotere voorkeur hebben.
De combinatie VVD-D66-CDA met JA21 staat op de eerste plaats als we naar alle kiezers samen kijken. Voor kiezers van VVD en CDA staat die combinatie op de 1e en de 2e plaats. Maar voor de kiezers van D66 staat die combinatie op de 6e plaats.
De combinatie VVD-D66-PvdA-SP-GroenLinks staat bij alle kiezers samen op de tweede plaats. Maar voor de kiezers van de VVD staat die combinatie op de 10e plaats.
De combinatie VVD-D66-CDA met PVV staat op de derde plaats. Maar voor de kiezers van D66 staat die combinatie op de 9e plaats en
Er zijn drie combinaties van VVD-D66-CDA met een andere partij, die door de kiezers van geen van de drie partijen op de 6e plaats of hoger worden gezet:
-
- met de PvdA ( resp. 4-1-3)
- met de ChristenUnie (resp. 2-5-1)
- met VOLT (resp 3-3-4)
Er zijn nog een aantal andere vragen gesteld over de formatie.
Allereerst is gevraagd of men voor een crisiskabinet is, die zich alleen richt op de volgende 12 maanden en alle partijen, die dat willen aan mogen meedoen. Een derde van de kiezers is hiervoor.
Vervolgens is gevraagd of men de voorkeur geeft aan een kabinet met ministers, die vakdeskundigen zijn in plaats van politicus. 56% geeft daar de voorkeur aan:
Deze vraag is ook in juli 2016 gesteld en in september 2020. In 2016 was daar 37% voor en in september 2020 47%. Nu is het dus 56%. Aan het eind van de formatie zal deze vraag nog een keer gesteld worden om vast te stellen of dit antwoord een structurele ontwikkeling betreft of komt door de gebeurtenissen van afgelopen donderdag en het vervolg ervan.