Prognose TK2021: Lage opkomst, versplintering zet verder door
Unieke verkiezingen
Op diverse manieren zijn de Tweede Kamerverkiezingen 2021 anders dan alle eerdere Tweede Kamerverkiezingen. Dat zal zowel herkenbaar zijn in de uitslag als in de wijze waarop ons Parlementair stelsel de komende jaren zal functioneren.
- De verkiezingen vinden plaats tijdens de Coronacrisis. Er is nog zelfs sprake van een avondklok. Daarom zijn de stemmogelijkheden verruimd. Dit alles om te voorkomen dat mensen wegens deze situatie niet stemmen, terwijl ze dat anders wel gedaan zouden hebben.
- De campagne is heel anders geweest dan normaal. Die vond vrijwel volledig plaats via de oude en nieuwe media.
- Er is geen sprake van een echte nek-aan-nek race, wie de grootste partij wordt. Dat zal zorgen voor een lagere opkomst en het ruimer stemmen op kleine (nieuwe) partijen.
- Door de slechte uitslag van de PvdA in 2017 was het niet mogelijk om bij de debatten het aantal betrokken lijsttrekkers tot 3 of 4 te beperken. Bij het RTL-debat met 6 lijsttrekkers was de PvdA zelfs niet aanwezig.
- Er doen meer kansrijke nieuwe partijen mee, dan ooit.
- Er zullen meer restzetels te verdelen zijn dan ooit.
- Het uitvoeren van een exit-poll is lastiger dan normaal, door de verruimde stemmogelijkheden en het aanpassen van de keuze van stembureaus
- Prognoses vooraf zijn, mede door het bovenstaande, moeilijker dan normaal.
Alvorens te komen met de prognose op basis van het onderzoek van vandaag via Peil.nl bespreek ik een aantal aspecten die een (grote) invloed hebben op de einduitslag.
De belangrijkste invloeden op de einduitslag
Dit zijn de aspecten die de uitslag zullen gaan beïnvloeden:
1. De lagere opkomst
Niet alleen zagen we onlangs in Catalonië een fors lagere opkomst, maar ook bij de twee Duitse deelstaatsverkiezingen gebeurde er wat opmerkelijks. In Rheinland-Pfalz stemde 64% van de opgekomen kiezer per post, terwijl dat vier jaar geleden 31% was. (In Duitsland mag wel iedereen per post stemmen). Desondanks was er een daling van de totale opkomst van 70% naar 64%.
Op basis van het voornemen van ondervraagden is het niet te bepalen hoeveel de opkomst wordt. Maar op indirecte wijze is vanuit het onderzoek vast te stellen dat de opkomst wel eens ruim onder de 70% zou kunnen eindigen. En als dat gebeurt zal dat zeker invloed hebben op de uitslag.
2. Al reeds uitgebrachte stemmen
Inmiddels hebben al rond de 2,5 miljoen mensen hun stemmen uitgebracht. Rond de 1 miljoen per brief en 1,5 miljoen op de stembureaus. Morgen komen er naar schatting nog eens 5 tot 7 miljoen op. Dat betekent o.a. dat het laatste deel van de campagne geen invloed meer heeft op deze kiezers.
3. Niet strategisch stemmen
Dat er geen tweestrijd is, wie de grootste wordt, heeft zowel effect op de opkomst (die zou anders wat hoger zijn) als op de uitslag. Kiezers volgen dan meer hun hart en nieuwe partijen krijgen dan meer kans. Dat zal morgen heel duidelijk worden uit de uitslag. Alle nieuw partijen bij elkaar (of ze nu zetels krijgen of niet) zullen tussen de 7 en 10% eindigen. Minstens drie partijen lijken daarvan één of meer zetels te krijgen. Mede ook omdat de kiesdeler, die kleine partijen moeten halen, om de Kamer in te kunnen, waarschijnlijk van 70.000 naar onder de 60.000 daalt dit keer.
4. Meer restzetels
Dit keer zullen er meer restzetels verdeeld gaan worden dan vorige keren. Dat komt doordat er veel partijen mee doen, die redelijk wat stemmen krijgen. Iedere partij, die meedoet en niet de kiesdeler haalt, draagt ook bij tot een verhoging van het aantal restzetels. Het gevolg zal o.a. zijn dat de VVD zelfs een kans heeft op 3 restzetels. Mede daarom staat de VVD bij onze laatste peiling vandaag op 31 zetels.
Ook zal het gevolg zijn dat bij de bepaling van de definitieve uitslag door de kiesraad nog zetels kunnen verschuiven, omdat enkele honderden stemmen verschil al dat effect zal kunnen gaan hebben. Omdat uit de huidige prognose blijkt dat er een kans is dat de vier regeringspartijen 76 zetels halen, zou ook dat pas beslist kunnen zijn als de laatste uitslagen binnenkomen.
5. De finale prognose
De prognose bij deze verkiezingen is omgeven met meer onzekerheden dan anders. Juist omdat de lagere opkomst niet in gelijke mate zal verdeeld zijn over de verschillende partijen. Niet alleen lijken kiezers tussen 40 en 70 relatief wat meer beducht om te gaan stemmen, maar ook zijn er verschillen bij de partijen met de angst om besmet te worden. Dat zien we zowel bij FVD als bij de jongere kiezers.
We hebben er toch voor gekozen bij onze prognose de normale aanpak aan te houden, zoals we die altijd gedaan hebben.
Dit is die finale peiling plus prognose:
Morgenavond verzorg ik op de kanalen van Salto, GeenStijl en mijn eigen YouTube kanaal een uitslageavond, waarbij we de ontwikkelingen van de binnenkomende uitslagen op de voet gaan volgen. Dat wordt des te spannender, omdat het dit keer moeiljker is dan ooit om een goede exit-poll te houden, zoals IPSOS vandaag terecht heeft gemeld.