Stemming 13-3-2022: Lokale partijen profiteren van versplinterd electoraat
In de laatste peiling voor de Gemeenteraadsverkiezingen 2022 zien we vrijwel geen verschuivingen. Alleen trekt de PvdA iets aan en wint van diverse partijen aan de linkerkant. De SP zakt daardoor weer naar 8. Dat zijn voor zo een indringende periode als de huidige, met een oorlog op 1600 kilometer afstand, opmerkelijk weinig verschuivingen.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 333 gemeenten doen alleen VVD en CDA in meer dan 300 gemeenten mee. PvdA en D66 rond de 250. Christenunie en Groen Links tussen de 150 en 200. SP in bijna 100. De overige partijen in minder dan 50. BBB in geen enkele gemeente.
Nu is het wel zo dat partijen eerder in gemeenten mee doen met veel inwoners dan met weinig inwoners. Dus als een partij alleen in de vier grote gemeenten zou meedoen dan betreft dat ruim 1% van de gemeenten, maar wel 13% van het electoraat. Dat zal het woensdag moeilijker maken de totale landelijke uitslag te kunnen interpreteren. Mede doordat in de verschillende gemeenten de concurrentie met lokale partijen anders is. Voor de vier grote gemeenten geldt bij voorbeeld dat in Rotterdam en Den Haag een lokale partij in 2018 de grootste was (en nu ook weer een grote kans maken dat te zijn), terwijl in Amsterdam en Utrecht de concurrentie met lokale partijen beduidend minder is.
Daarbij zien we ook dat de landelijke partijen nu niet in precies dezelfde gemeenten mee doen als vier jaar geleden. Dat heeft vooral effect bij de partijen, die maar in een beperkt aantal gemeenten meedoen. FVD doet dit keer in rond de 50 gemeenten mee, en de vorige keer maar in 1. Dus zelfs als FVD in die ene gemeente zou verliezen t.o.v. vier jaar geleden, zal het zeker winnen als we naar de totaalcijfers gaan kijken. Dus GR2022 vergelijken met GR2018. Maar zouden we de uitslag vergelijken met die van TK2021 dan zijn er veel kiezers, die in 2021 nog FVD hebben gestemd, die het nu niet kunnen stemmen, omdat FVD daar niet meedoet.
In gemeenten waar Volt wel meedoet heeft dat een effect op het stemgedrag van met name jongeren (met gevolgen voor D66 en GroenLinks). Een effect dat trouwens kleiner is dan het vier weken geleden geweest zou zijn ten gevolge van het conflict binnen de fractie.
Het wordt nog moeilijker om woensdag conclusies te trekken over de positie van de landelijke partijen dan anders. Dat komt doordat in de afgelopen 12 maanden VVD, CDA en D66 samen 18 zetels zijn kwijtgeraakt en die zijn per saldo vooral terecht gekomen bij JA21 en BBB, die dus amper meedoen aan de Gemeenteraadsverkiezingen.
Dat zal met name de lokale partijen winst opleveren.
Degenen die landelijk nu opgeven PVV, SP, JA21, FVD, BBB of BVNL te stemmen (bijna een derde van het electoraat) neigen beduidend meer op lokale partijen te zullen stemmen a.s. woensdag. Zelfs als de landelijke partij ook aan de verkiezing in de eigen gemeente meedoet.
Meer dan in het verleden zeggen ook de anderen lokale partijen te overwegen. De volgende grafiek laat dat zien:
Een aantal punten dient wel mee in beschouwing genomen te worden:
- De partijen met de hogere waarden zijn partijen die in (veel) minder gemeenten meedoen. Als de eigen partij wel aan de gemeenteraadsverkiezingen meedoet dan zal de score veel meer liggen op het niveau van de eerste vier partijen (tussen de 10 en 20%).
- De opkomst zal een grote rol spelen bij de verkiezingen aanstaande woensdag. De vorige keer was de opkomst rond de 54%, terwijl bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 dat boven de 80% lag. Die lagere opkomst zal niet in gelijke mate effect hebben op de verschillende partijen. Ouderen komen meer op dan jongeren. Kiezers die met volle overtuiging achter een partij staan komen meer op dan kiezers die wat minder enthousiast zijn over hun keuze of meer twijfelen tussen verschillende partijen.
- Er zijn gemeenten waar lokale partijen al een tijd een prominente rol spelen (zoals Rotterdam en Den Haag). In die gemeenten zie je dat de lokale partij meer aantrekkingskracht heeft op kiezers van de grotere landelijke partijen (met name VVD en CDA).
- CDA is in de landelijke peiling sinds vorig jaar fors gezakt. Staat nu nog amper op de helft. Maar in diverse gemeenten zien we dat de lokale CDA het sterker doet dan de landelijke steun is. Gecombineerd met het meer opkomen van de oudere kiezers kan dat betekenen dat het CDA buiten de grotere gemeenten het beter zal doen dan op basis van de landelijke peiling verwacht zou kunnen worden.
- FVD doet het landelijk slechter dan bij de Tweede Kamerverkiezingen. Maar de nu nog resterende FVD-kiezers lijken sterker gemotiveerd te zijn op te komen in de gemeenten waar FVD wel meedoet. Bij een opkomst ergens tussen de 50 en 55% kan dat relatief gezien voor FVD een wat betere uitslag opleveren. Dat kan relevant zijn omdat in nogal wat gemeenten FVD het de vraag is of FVD 0 of 1 zetel zal halen.
Belangrijk is te beseffen dat als woensdagavond de uitslagen binnen komen de referentie zal zijn de uitslag van 4 jaar geleden in die gemeente. Maar bij de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 was de uitslag al wat anders. Zo is GroenLinks sinds 2018 landelijk fors gedaald en D66 fors gestegen. Het is dus mogelijk dat bij voorbeeld D66 in de gemeenten t.o.v. vier jaar geleden duidelijk wint, maar toch nu zwakker is dan bij de verkiezingen in 2021. En voor GroenLinks kan dat dan andersom gelden.
Net zoals een aantal vorige verkiezingen, zal Maurice de Hond op de verkiezingsavond vanaf 21 uur de binnenkomende uitslagen bespreken en de electorale ontwikkelingen analyseren. Dat wordt uitgezonden via het Salto-kanaal (op tv en internet) en via het YouTube-kanaal van Maurice de Hond.